Monnikenpeper

Monnikenpeper  auteur – Mellita van Bracht

Vaak wordt Vitex agnus-castus verward met de Vlinderstruik. De bloemen hebben dan ook wel wat van elkaar weg, maar wanneer je het blad goed bekijkt zie je dat het blad van Monnikenpeper samengesteld handvormig is.

Tot ver in de Middeleeuwen werden de zaden, met de naam monnikenpeper, gebruikt als kruiderij om het eten op smaak te brengen. Kennelijk werd monnikenpeper veel toegepast in de keukens van kloosters en abdijen. Het gebruik van de zaden zou de neiging naar het andere geslacht beteugelen. Je moet natuurlijk wat als monnik.

Agnus komt uit het oud Grieks en betekend zoiets als, zonder nageslacht. Castus komt uit het Latijn en betekend kuis. In de zaden zit olie met een branderige smaak vandaar dat de vergelijking met peper snel gemaakt werd.

Van naturen komt deze struik voor rond de Middellandse Zee en West-Azië. Het kan dus weleens gebeuren dat de struik tijdens een vorstperiode invriest. Maar met een beetje snoeiwerk in het voorjaar is de struik weer gereed voor een bloemenfestijn vanaf juli tot in de nazomer. Zodra de struik start met bloeien komen hommels, bijen en vlinders in grote getalen op de struik af om zich te goed te doen aan nectar en pollen.